teambuilding

1. doktertje knoop

de deelnemers gaan allemaal in een kring staan en houden elkaars handen vast, 1 persoon gaat even buiten de kring terwijl de andere deelnemers (zonder elkaars handen los te laten) helemaal in de knoop gaan. Wanneer de kring in de knoop zit, moet de dokter (persoon die buiten was) de knoop proberen ontwarren.

2. spinnenweb

er wordt een touw gespannen tussen 2 bomen met evenveel vakken als deelnemers, elke deelnemer moet nu tot aan de overkant proberen geraken door een ander vak en zonder het touw te raken: wie het touw raakt moet terugkeren en door ieder vak mag maar 1 deelnemer doorkruipen, je mag elkaar helpen!

3. tot aan de overkant geraken op stoelen

de groep moet goed samenwerken, want er zijn minder stoelen dan deelnemers, en toch moeten ze proberen om, zonder van hun stoel te stappen, tot aan de overkant te geraken. 

4. hoge hindernis

er is in de hoogte een touw gespannen tussen 2 bomen, de groep moet, door elkaar te helpen, helemaal over het touw geraken, zonder het aan te raken

5. magisch vierkant

Teken op de grond een rechthoek en verdeel hem in vakjes. Het aantal vakjes is gelijk aan het aantal jongeren + 1. Geef elk vakje een nummer. Elke jongere gaat op een vakje staan. Geef daarna aan iedereen willekeurig een kaartje met een nummer op. Elke jongere gaat nu op het vakje met het nummer van zijn kaartje staan. Er is één leeg vakje waardoor vooruit, achteruit of links en rechts kan worden bewogen. Samenwerking is hier dus zeer belangrijk. Bij sommige groepen lukt dit zeer vlot, bij andere totaal niet. Je kan een handje helpen door bijvoorbeeld toe te laten dat één iemand uit het vierkant stapt en zijn plaats inneemt. Als je buiten het vierkant stapt, krijg je immers makkelijker een overzicht en kan je de groep aanwijzingen geven.

6. kringzit

iedereen gaat in een kring staan met je gezicht naar de rug van de persoon links van jou, dan ga je allemaal heel dicht bij elkaar staan en probeer je te gaan zitten

7. lachtherapie

een deelnemer gaat op zijn/haar rug liggen, een andere deelnemer legt zijn/haar hoofd op de buik van de persoon die al op de grond lag en zo ga je voort tot elke deelnemer met het  hoofd op de buik van een andere deelnemer ligt. dan begint de eerste persoon met "Ha", dan zegt de tweede "Haha" en zo voort

8. parcours

de deelnemers gaan nu per 2 of 3 staan, de leiding hangt de leden aan elkaar vast door benen en armen aan elkaar te tapen. de deelnemers moeten nu samen, als een siamese tweeling een parcours proberen af te leggen.

9. groepsknuffel!